Het model van de innerlijke familie
“Regie nemen op je leven begint met het kennismaken met je Innerlijke familie.”
Als mens hebben we één fysiek lichaam, dat ruimte biedt aan véél wensen, verlangens en behoeften. Helaas zitten die behoeften niet altijd op één lijn, en soms staan ze zelfs lijnrecht tegenover elkaar. Dat kan onrust, onzekerheid en frustratie tot gevolg hebben. Keuzes maken wordt dan lastig: als we kiezen voor a, dan verliezen we de kans op b, en dat willen we niet!
Wat maakt eigenlijk dat we zulke tegenstrijdige behoeften hebben? Waarom niet één lichaam, één behoefte? Een antwoord vinden we in het gedachtegoed van de Innerlijke familie. Hierin zijn alle talenten die we kunnen inzetten en alle eigenschappen die wij (en de omgeving) als waardevol en minder waardevol ervaren vertaald naar een menselijke vorm: een jongetje, een meisje, een man en een vrouw. Samen vormen deze mensfiguren onze innerlijke familie.
Je kunt het ook zien als vier gezichten: vier rollen en houdingen om aan te nemen, compleet met bijbehorende eigenschappen. Dit zijn de ingrediënten voor een dynamisch spel: je kunt deze gezichten afwisselen in een razend tempo, zodat je in iedere situatie die kwaliteiten naar voren kunt brengen die het beste resultaat geven. Ook werk je met de interacties tussen je innerlijke familieleden. Combinaties kunnen zeer effectief zijn of juist extreem onhandig voor het doel dat je bereiken wilt. Het (her)winnen van de regie over de familie in jezelf bevordert je manoeuvreerruimte in alle interacties. Vrijheid van handelen betekent hier niets anders dan kunnen spelen met je gedrag.
Waarom het werkt
De Innerlijke familie is een ‘archetypologie’. Een archetype is “een instinctief gedragspatroon, dat deel uitmaakt van het collectief onbewuste” (C.G. Jung). Collectief betekent dat het type niet individueel bepaald is, maar algemeen en bij alle mensen over de hele wereld op dezelfde manier voorkomt in de psyche. Dit betekent dat ons brein universeel voorgeprogrammeerd is om de verschillende archetypen snel te herkennen in het gedrag dat wij waarnemen bij onszelf en anderen.
De wetenschap vertelt ons dat ons brein het prettig vindt om informatie te ordenen en clusteren. Naarmate informatie over gedrag dat wij waarnemen ons bekender voorkomt, kunnen wij die sneller plaatsen. Bijvoorbeeld: iemand die zijn wenkbrauw optrekt kan daarmee verbazing of afkeuring uitdrukken. Als wij de persoon die zijn wenkbrauw optrekt kennen, zullen wij sneller weten wat de betrokkene wil overbrengen. We hebben hem al zo vaak zijn wenkbrauw zien optrekken dat wij geleerd hebben wat dit bij hem betekent.
De ervaring leert dat mensen de informatie van de Innerlijke Familie’, heel snel herkennen en kunnen plaatsen.
Dit wordt grotendeels verklaard door het feit dat wij als mens allemaal opgroeien met meisjes, jongetjes, vrouwen en mannen. Daarnaast zit er een voor ons brein natuurlijke logica in de ordening van de kwaliteiten. Hoewel er nauwelijks bewijzen te vinden zijn over seksegebonden gedrag, zorgen onze opvoedingsgewoonten ervoor dat wij onbewust gedrag labelen als typisch mannelijk of juist vrouwelijk, en daarbij ook typisch jongensachtig of meisjesachtig.
Je zou dus kunnen zeggen dat het model rolbevestigend is. Dat klopt, en dat maakt de herkenbaarheid en toepasbaarheid ook juist zo groot. Verborgen in dit stereotype uiterlijk ligt echter een geheel andere boodschap, namelijk dat ieder van ons alle archetypische kwaliteiten in zich heeft en dat wij een keuze hebben in het manifesteren van die kwaliteiten.
Vernieuwend is daarbij de waardering die het model geeft aan de verschillende kwaliteiten. Wanneer we als mens ieder van onze innerlijke familieleden (clusters kwaliteiten) passend inzetten, vergroten we daarmee onze invloed op onze omgeving.
Maak kennis met je innerlijke familie
Het Jongetje
Ondernemend, enthousiast, ondeugend, vol energie. Pietje Bel, Ciske de Rat, je kleine broertje of neefje die zonder risico’s te overwegen over slootjes springt, in de hoogste boom klimt en rent zonder op of om te kijken. Hij zit zelden stil en komt makkelijk in beweging. Hij is snel blij te maken, maar ook snel boos of verontwaardigd. Dat is hij overigens weer snel vergeten, want blijven hangen in emoties past niet bij zijn vurige, beweeglijke aard. Impulsief, eigenwijs, stout en avontuurlijk, een echte belhamel, dat is het jongetje.
Alle initiatieven en ideeën beginnen bij hem. Zonder hem geen creatieve oplossingen voor problemen, geen durf om iets nieuws te proberen. Met het jongetje voorop zijn de hoogste bergen bedwongen, de meest geavanceerde technologieën ontdekt, gewoon omdat hij plotseling benieuwd was naar “wat er zou gebeuren als…..” Het jongetje is degene in ons die overal de humor van inziet. Hij benadert het leven speels, ongedwongen, en recht op zijn doel af. Hij heeft een sterke wil en aarzelt niet om die op luide toon kenbaar te maken. Als hij tegengas krijgt of men hem niet genoeg aandacht geeft, wordt hij rebels. Dan kan hij gaan mokken, een steen door de ruit gooien, driftig schreeuwen of op een andere manier om aandacht vragen. Mocht die strategie niet helpen, dan gooit hij nog wat olie op het vuur. Frustratie en onrust worden dan zijn uitingen van onvermogen om de wereld naar zijn hand te zetten.
Het jongetje heeft aandacht/applaus nodig, maar ook begrenzing. Omdat hij zelf vindt dat hij onvermoeibaar is, zal hij niet gauw ophouden met interessante spelletjes, om uit te rusten. Hij doet altijd zijn best en geeft zichzelf volledig in zijn spel. Zijn passie voor het leven is zo groot, dat hij erin op kan gaan en vergeet dat ook hij zich moet houden aan de natuurwetten die alle mensen inperken. Negeert hij die wetten dan stevent hij af op een burnout.
Wanneer het jongetje maar lang genoeg zonder aandacht/applaus moet leven, kan zelfs hij zijn energie verliezen. Wij merken dit aan een lamgeslagen, apatische gewaarwording, een moedeloosheid, gebrek aan levenslust. We ervaren een leegte, waar eerst een vonk van inspiratie was. Als het jongetje de hoop heeft opgegeven, trekt hij zich terug; hij kruipt op een stoel voor het raam en staart naar buiten, verzonken in zijn herinneringen aan vroeger, toen hij nog mocht spelen.
Het Meisje
Met de zuivere onschuld van een pas geopende bloem, richt het meisje haar aandacht op de wereld. Vol vertrouwen maakt ze contact, kwetsbaar in haar zachtheid, vol verlangen naar schoonheid en verbinding. Verwonderd neemt ze waar, en voorzichtig raakt ze aan wat ze ziet. Deze aanraking verandert haar, en helpt haar groeien. Al naar gelang zij meer ervaringen opdoet, ontwikkelt zij een besef van wat zij waarneemt. Zij vertrouwt op het goede, ziet de zon achter de wolken, en geniet van wat zich aandient.
Het meisje in ons is degene die zich durft over te geven, die meebeweegt met wat er gebeurt, zonder te twijfelen of te willen sturen. Zij is totaal vervuld van het moment, en geeft met haar blik en handelingen onvoorwaardelijke liefde. Haar openheid maakt het mogelijk waar te nemen wat een ander voelt. Dit is een kostbare gave, want zonder dit inlevingsvermogen zou een verbinding tussen mensen onmogelijk zijn. Tegelijkertijd is het juist deze openheid en gevoeligheid die haar kwetsbaar maakt voor de negatieve invloeden en (re)acties van de buitenwereld.
Het meisje heeft bescherming en ondersteuning nodig, anders wordt zij overspoeld door de pijn en negativiteit van anderen, en de onvermijdelijke wreedheden in haar omgeving. Wanneer zij afgewezen, ontkend, genegeerd of zelfs geslagen wordt, verliest zij haar vertrouwen. Dan raakt zij haar onbevangenheid kwijt, en wordt zij bang en wantrouwend. In het begin kan de angst klein zijn, een voorzichtige verlegenheid zoals je dat wel kent van meisjes die een kamer vol vreemden binnengaan. Naarmate het meisje het langer zonder bescherming en steun moet doen, wordt de angst groter, tot zij overheerst en verlamt.
Een meisje wat zo gekwetst is dat zij haar oorspronkelijke nieuwsgierigheid en sensitiviteit heeft teruggetrokken, heeft onophoudelijk verdriet. Je kunt haar zien zitten in een hoekje, alleen en verlaten, afgewend van de buitenwereld.
De Man
De kampioen, de held, de vader, de koning, de leider, de minnaar. De man handelt, geïnspireerd door de impulsen van zijn zoon, gedreven door de verlangens van zijn dochter, gevoed door de praktische wijsheid van zijn vrouw. Hij zet idealen om in daden, hij behaalt resultaten waar niet alleen hijzelf, maar ook zijn familie beter van wordt. Hij haalt zijn eigenwaarde uit zijn bijdrage aan, en zijn bescherming van, zijn gezin. Zich realiserend dat zij van hem afhankelijk zijn voor hun overleving, gaat hij de buitenwereld in en komt hij op voor hun belangen. Hij maakt analyses gebaseerd op zijn geordende informatie, hij gebruikt zijn verstand om via de logica tot een conclusie te komen. Zo bepaalt hij zijn koers, en hij volgt deze tot het doel bereikt is.
Als vrije man geniet hij van zijn talenten, van zijn kracht, van zijn prestaties. Het behalen van doelen brengt voldoening, iedere actieve inspanning op zich doet hem voelen dat hij leeft.
Als echtgenoot bemint hij zijn vrouw, accepteert hij haar wijsheid en is hij dankbaar voor haar voeding en verzorging.
Als vader brengt hij structuur en discipline in het gezin. Hij heeft geleerd de tomeloze energie van het jongetje te kanaliseren, en hij beheerst zijn emoties en impulsen. Met zijn vrouw naast zich eist hij gehoorzaamheid van de kinderen. Hij stimuleert de kinderen ook, en beloont ze voor hun inspanningen.
De man plant en brengt zo orde. Met zijn focus op het doel stuurt hij het gezin aan via de rechte lijn van normen, waarden en principes. Dankzij hem krijgen wij overzicht. Hij is het die ons met kennis van zaken advies geeft over wanneer te handelen en hoe. Als beschermer van het gezin staat hij op wacht terwijl de kinderen buiten spelen of met hun moeder aan het eten zijn. Bij iedere bedreiging staat hij klaar om zichzelf en zijn gezin te verdedigen.
Als de man niet meer naar zijn vrouw en/of kinderen luistert, kunnen wij hem gemakkelijk zien veranderen in een harteloze, onaantastbare tiran. Gevangen in een structuur die geen basis meer heeft, raken we verzand in een plichtmatig functioneren. We kunnen gevoelloos overkomen, hard, en ontevreden. Zonder voeding en waardering van de vrouw toe te laten zal ons handelen nooit leiden tot enige bevrediging: het zal nooit meer goed genoeg zijn.
De man in ons kan de kinderen ervaren als belemmering in zijn strijd om de wereld te veroveren. Dat doet hij in dat geval overigens voor niemand anders meer dan voor zijn eigen glorie, en daarmee houdt hij geen rekening met de gevolgen voor zijn omgeving, zoals zijn vrouw en kinderen. Met zulke blokken aan zijn been maakt hij korte metten: hij gooit ze in een hoek, uit de weg, of gebruikt ze om zijn frustraties op af te reageren en zijn lusten op bot te vieren. In de buitenwereld zien we wat dit aanricht: verwoesting van de natuur, uitputting van hulpbronnen, slavernij, verkrachting en mishandeling van vrouwen en kinderen.
Anderzijds kan de man ondervoed zijn, genegeerd. We missen dan iedere vorm van voldoening, zijn niet meer trots op onze prestaties en kracht. Noch mentaal, nog fysiek halen we dan nog bevrediging uit inspanning. In plaats van onszelf en ons gezin te leiden, trekken we ons terug. We wachten gelaten af, hooguit af en toe klagend of mopperend, ontevreden, en moedeloos.
De Vrouw
Moeder Aarde. Zij die voedt, die weet, die wijs is. Die ons altijd steunt en draagt, ons liefheeft om wie wij zijn. Een vrouw volgt haar eigen hart, is vrij en onafhankelijk, ontdekt haar eigen waarheid door introspectie en experimenten, en geeft deze vorm in de wereld, gesteund en gevoed door de hulpbronnen van de aarde waarop zij leeft.
Als moeder handelt zij zonder ooit de belangen van de kinderen uit het oog te verliezen. Want zij is het, die alle impulsen van het jongetje toetst aan de mogelijkheden en beperkingen van de aardse werkelijkheid. En zij is het, die de gevoelens en verlangens van het meisje in overweging neemt en zoekt naar kansen om haar wensen te vervullen. Zij staat stevig in haar eigen kracht, in contact met haar eigenwaarde, die gebaseerd is op positieve ervaringen en bewezen vermogens.
Omdat zij zo gewend is af te stemmen op de behoeften van anderen, en de haalbaarheid van deze behoeften te onderzoeken, is zij wijs geworden door ervaring. Zij gelooft niets, toetst alles, en respecteert daarin de natuurlijke grenzen van haar ultieme toetssteen: haar fysieke lichaam. Zij belichaamt ons weten, in ons lichaam herkennen wij haar als ons “buikgevoel”.
Het is de vrouw in ons die pijn en rouw verwerkt, die emoties verteert en de werkelijkheid accepteert. Dankzij haar kunnen wij ons lot (ver)dragen.
Als echtgenote is zij ontvankelijk voor de behoeften van haar man, en zorgt zij dat hij de middelen heeft om goed uitgerust op jacht te gaan.
Als moeder neemt zij de kinderen op schoot om hen te troosten tot zij tot rust komen. Vanuit haar veilige ruimte, met haar steun en aanmoediging kunnen zij vervolgens opnieuw de wereld ingaan, op zoek naar nieuwe belevenissen. Met alle opgedane ervaringen komen zij bij haar terug. Zij helpt hen zaken een plek te geven, dankzij haar wijsheid worden dingen duidelijk, krijgen wij grip op het leven.
Daar waar wij geconfronteerd worden met onmogelijke taken, onhaalbare doelen, of diepe pijn, kan niemand ons een oplossing bieden. Dan is het de vrouw die met ons op de aarde gaat zitten en ons de eeuwige cyclus van de natuur laat waarnemen. Zo kunnen wij leren geduld te oefenen, en te wachten op nieuwe tijden, als een steen die al duizenden seizoenen heeft gezien. Rustend in het besef dat niets eeuwig hetzelfde blijft, kunnen wij onze eigen bodem en basisveiligheid voelen en zo zelfs de grootste pijn verdragen, wetend dat het ooit weer beter zal gaan. Wanneer de vrouw haar kinderen niet serieus neemt, wordt zij als een schip zonder anker. Als iemand die de lessen van het verleden niet onthoudt, zal zij keer op keer dezelfde fout maken.
Aan de andere kant kan zij haar kinderen of man teveel vrijheid geven en haar eigen ruimte niet bewaken. Ook dan zijn de gevolgen schadelijk voor onze gezondheid. We kunnen ons dan gedragen als kindvrouwtje, en onze volwassen vermogens en middelen inzetten om kinderlijke doelen te behalen, zonder de verantwoordelijkheid te nemen die bij onze jaren en krachten past. Of we zijn eeuwig slachtoffer, hysterisch huilend, zwelgend in zelfmedelijden, ieder contact met de aardse werkelijkheid verloren.